De Nederlandse Wet luchtvaart biedt geen grondslag voor de regeling die de minister van Infrastructuur en Waterstaat oplegt en waarbij het maximaal aantal toegestane vliegtuigbewegingen voor Schiphol van november 2023 tot november 2024 wordt teruggebracht tot 460.000. De regeling is in strijd met hoger recht, namelijk met de geluidsverordening van de EU en het EU-US Open Skies Verdrag. De minister had de procedure moeten volgen die het Europees recht voorschrijft, en dat heeft hij niet gedaan. Luchtvaartmaatschappijen richten hun bedrijfsvoering in op de lange termijn, en moeten kunnen rekenen op behoud van de huidige gedoogcapaciteit van maximaal 500.000 vluchten, totdat een nieuw maximum is vastgesteld. Sinds 2015 accepteert de Staat een maximaal aantal vliegtuigbewegingen van 500.000 per jaar. Over vermindering daarvan moet de Staat in de voorgeschreven Europese procedure de luchtvaartmaatschappijen raadplegen. De minister had minimaal de Europees vastgestelde 'balanced approach'-procedure moeten volgen. Deze procedure voorziet in een consultatie- en kennisgevingsproces ten aanzien van een exploitatiebeperkende maatregel die gevolgen heeft voor het geluid in de omgeving van een luchthaven.