Laden...

Op de rol: ‘Ik begrijp het gewoon niet’

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRaad voor de rechtspraak > Nieuws > Op de rol: ‘Ik begrijp het gewoon niet’
Den Haag, 13 juli 2022

De zomervakantie is weer begonnen. Ieder jaar komen kinderen aan de 'randen' van die lange vakantie niet naar school. De 5-jarige Joost* is op 30 augustus, de eerste schooldag na de vakantie van 2021, ook niet van de partij in groep 2 van zijn Haagse basisschool. Een dag later is hij er nog niet. 

Op woensdag, het is dan 1 september, zit Joost weer tussen de kleuters in de klas, maar tegen die tijd heeft de school al de leerplichtambtenaar van de gemeente ingeseind. (Kinderen zijn van hun 5e tot 16e leerplichtig.) Hij maakt proces-verbaal op en stuurt dit naar het Openbaar Ministerie (OM). Voor 2 dagen spijbelen van Joost krijgt vader Martin* een boete van 200 euro. Vader neemt een advocaat in de arm, die het OM schrijft waarom de boete onbillijk is. Het OM is niet onder de indruk van het betoog, en legt de zaak voor aan de rechter.

Onrechtvaardig

'Het is zo onrechtvaardig; ik begrijp het gewoon niet,' zegt vader Martin in zaal L2 van het Haagse gerechtsgebouw tegen de kantonrechter. Zijn raadsvrouw legt uit waarom de boete zo onredelijk is: 'Mijn cliënt moest met zijn vrouw en zoontje naar een bruiloft in het buitenland. Die bruiloft was vanwege corona al 2 keer uitgesteld. Pas laat in de zomervakantie veranderden de kleurcodes en rees de vraag: gaan we of gaan we niet? Omdat ze zelfstandig ondernemer zijn, mogen ze buiten de vakanties om met hun kind op vakantie gaan. Ze hebben de schooldirecteur gemaild dat Joost 2 dagen later op school zou komen omdat ze niet voor een eerdere datum tickets konden boeken. De vliegtuigen zaten namelijk vol. De directeur heeft niet gereageerd. Dat had best gekund. In de laatste week van de zomervakantie zijn de docenten al terug.'

Peetouders

En dus stapte het gezin in het vliegtuig voor een verre bruiloft, 'en daar móesten we bij zijn', zegt vader Martin tegen de Haagse kantonrechter. 'De bruid en mijn vrouw zijn als zussen opgegroeid. Daarnaast waren de ouders van de bruid peetouders bij ónze bruiloft. Wij moesten aanwezig zijn bij de kinderen van onze peetouders, dat is een morele verplichting. Ik heb 2 oudere dochters, Joost is inmiddels 6 en er is nooit schoolverzuim geweest. Dus ik begrijp niet wat ons nu overkomt.' Wat hem nu is overkomen, is dat de Haagse basisschool heeft gedaan wat ze moest doen om ongeoorloofd verzuim tegen te gaan, oppert de rechter. Martin: 'Daar heb ik begrip voor, maar we konden pas op het allerlaatste moment beslissen om naar de bruiloft te gaan. Ik heb gebeld en ik heb gemaild. De school reageerde pas op maandag de 30ste en toen zaten we te wachten op de terugreis. Ik heb gedaan wat ik kon.'

Achtergrond

'Het is misschien niet relevant om te vermelden', wil Martins raadsvrouw nog gezegd hebben, 'maar de boete druist zó in tegen het rechtvaardigheidsgevoel van mijn cliënt. Zij zijn de enigen die de school financieel sponsoren. Moet er wat gebeuren, dan doen ze dat. Mijn cliënt zegt: “En dan krijgen wíj de leerplichtambtenaar achter ons aan. Dat overkomt de ouders met een allochtone achtergrond niet."' 'We hebben hier de hele dag zaken van mensen behandeld die hun kinderen niet naar school laten gaan', reageert de kantonrechter. De raadsvrouw: 'Maar niet uit de klas van Joost!' De rechter: 'Ik ga er toch wat over zeggen. De regels gelden voor iedereen. U had het net over rechtvaardigheidsgevoel. Stel dat de school zou hebben gezegd: “Dat is zo'n toffe man, hij helpt ons zo geweldig. Bij anderen melden we de absentie van hun kinderen natuurlijk wel, maar bij hém niet." Dan gaat het rechtvaardigheidsgevoel van de andere ouders eraan.'

Twijfel

Het mag heel belangrijk zijn geweest voor de familie om Joost en zijn ouders op de bruiloft te hebben, maar het was al maanden bekend dat er getrouwd zou worden, zegt de officier van justitie. ‘Mijnheer had het probleem veel eerder kunnen voorleggen aan de schooldirecteur. Stel dat? Als de school er strak in had gezeten, dan hadden ze nee gezegd, maar mijnheer had dan wél geweten waar hij aan toe was. Nu stuurde hij tijdens de vakantie een mail en kreeg hij geen reactie. Bij twijfel niet doen.’ Vader Martin heeft geen strafblad, ‘en wij zien hier zaken die veel ernstiger zijn dan 2 dagen schoolverzuim rond de zomervakantie, maar een regel is een regel en die is overtreden’, concludeert de officier van justitie. Ze vraagt de boete op 200 euro te houden.

Verhaal

‘Ik heb niet eerder contact opgenomen met de school omdat we door corona helemaal niet naar de bruiloft zouden gaan. Dat is het hele verhaal. Als ik eerder had geweten dat we toch zouden gaan, dan had ik dat natuurlijk tegen de school gezegd. Heel simpel’, zegt vader Martin als hij het laatste woord heeft gekregen. Maar door eind augustus toch naar de bruiloft te gaan en zoontje Joost 2 dagen niet op school te laten verschijnen, heeft vader Martin wel de leerplichtwet overtreden. ‘En er was geen noodzaak om de wet te overtreden’, vindt de kantonrechter. Van overmacht was dus geen sprake. Zelfstandige ondernemers kunnen inderdaad buiten de schoolvakanties om met hun kinderen op vakantie, ‘maar dat moet wel worden aangevraagd en worden beoordeeld door de directeur van school. U hebt geen beroep gedaan op die regeling’, aldus de rechter. 

Strafblad

De kantonrechter neemt de eis van de officier over en houdt de boete voor vader Martin op 200 euro. 'Krijg ik nu een strafblad?', wil Martin weten. De rechter: 'Ja, u krijgt een aantekening.' Martin: 'Ik heb nog nooit iets meegemaakt met justitie. En dan dit, waar gaat het over.' De kantonrechter: 'Ik kan mij voorstellen dat u bent overvallen. Dat komt misschien omdat u al die tijd een keurig leven hebt geleid en nu iets fouts hebt gedaan. Daar krijgt u een straf voor; zo gaat dat.' 

* Dit zijn niet hun echte namen.

Lees hier meer 'Op de Rol'-verhalen.

Uitspraken