8 juni - Een 22-jarige man is veroordeeld tot 9 maanden gevangenisstraf, waarvan 3 maanden voorwaardelijk, voor wapenbezit en witwassen. De man woonde in een begeleid wonen-project. Afgelopen februari vonden zijn begeleiders in zijn studio een tas met daarin een vuurwapen en munitie. Volgens de man was het wapen niet van hem, maar mogelijk van vrienden, die de avond ervoor bij hem op bezoek waren geweest. De rechtbank gaat niet mee in dit verhaal, onder meer omdat er op het wapen ook DNA van de man is aangetroffen, zonder dat hij hiervoor een overtuigende verklaring kon geven. Ook lag de tas vol in het zicht. Daarom vindt de rechtbank het niet geloofwaardig dat de man niets van het wapen heeft geweten. In zijn kamer werd ook 3.200 euro in grote coupures aangetroffen. Ook hiervoor kon de man geen goede verklaring geven. Daarom veroordeelt de rechtbank hem naast het wapenbezit ook voor witwassen. 

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2022:3133

10 juni - Twee vrouwen van 18 en 20 jaar zijn veroordeeld voor het ontvoeren en afpersen van een 17-jarige jongen. De 18-jarige vrouw krijgt 220 dagen jeugddetentie, waarvan 30 dagen voorwaardelijk. Haar 20-jarige medeverdachte krijgt 200 uur taakstraf en 90 dagen voorwaardelijke jeugddetentie. De vrouwen spraken de jongen en zijn vriend afgelopen november aan in het centrum van Amstelveen. De jongens stapten bij de vrouwen in de auto. Na enige tijd stapte de vriend uit. Het slachtoffer wilde ook naar huis, maar dat lieten de vrouwen niet toe. Hij werd geblinddoekt en de 18-jarige bedreigde hem met een knijptang, terwijl de 20-jarige bleef rondrijden. Ze zeiden hem en zijn moeder te zullen vermoorden en dwongen hem zijn inlog van internetbankieren en Snapchat te geven. Toen ze de straat van de jongen inreden, zagen ze de politie staan en hebben ze hem een paar straten verderop uit de auto gezet. De ontvoering was voor het slachtoffer een traumatiserende gebeurtenis. De rechtbank neemt de vrouwen hun handelen zeer kwalijk.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2022:3166
ECLI:NL:RBAMS:2022:3167

8 juni - Het UWV heeft de aanvraag van een IVA-uitkering (Inkomensvoorziening volledig arbeidsongeschikten) terecht afgewezen. Dat heeft de bestuursrechter geoordeeld. De aanvrager, een relatief jonge vrouw, ontving een WIA-uitkering (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen), omdat zij volledig arbeidsongeschikt is. Zij wilde een IVA-uitkering, omdat zij vindt dat het chronisch vermoeidheidssyndroom CVS/ME haar duurzaam arbeidsongeschikt maakt. Het UWV wees haar aanvraag af. De rechtbank is het daarmee eens en betrekt bij haar oordeel de medische argumentatie die de Centrale Raad van Beroep heeft gevolgd in een uitspraak van 1 juli 2021 (ECLI:NL:CRVB:2021:1570). Daarin staat dat CVS/ME geen progressief ziektebeeld oplevert en dat in een minderheid van de gevallen zelfs spontaan herstel kan opreden. De rechtbank heeft daaraan nog toegevoegd, dat als geen behandelaar nog behandelmogelijkheden voor de vrouw ziet, daarmee niet is gegeven dat zij medisch gezien niet trainbaar is.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2022:3162

2 juni - De huur van een kantoorruimte in Amsterdam-Zuid is tussen 29 december 2020 en 1 december 2021 verlaagd met 60 procent per maand omdat er loden waterleidingen waren. Dat is een huurgebrek dat recht geeft op die huurkorting. Dat heeft de kantonrechter bepaald. De huurkorting geldt vanaf de dag dat de huurder de verhuurder verzocht de leidingen te vervangen tot de laatste dag van de huurovereenkomst, 1 december 2021. De leidingen zijn pas vervangen nadat de huurder was vertrokken. De huurder moet nog wel ruim 1700 euro aan achterstallige huur betalen tot en met november 2021. 

8 juni - De bank moet de bankrelatie met een klant herstellen. Dat heeft de voorzieningenrechter bepaald. De bank had die relatie beëindigd omdat de klant bij de aanvraag van een hypotheek, verstrekt door een dochteronderneming van de bank, in 2014 zou hebben gefraudeerd. De bank had deze conclusie getrokken uit het feit dat de klant al vanaf de aanvang van de hypotheek betalingsachterstanden had laten ontstaan. Ook had hij informatie ter bevestiging van zijn dienstverband en inkomen in 2014 bij zijn toenmalige werkgever niet aangeleverd. De bank heeft naar het oordeel van de voorzieningenrechter de fraude niet aannemelijk gemaakt. Bovendien heeft de bank de klant in een onmogelijke bewijspositie gebracht door pas onderzoek naar hem te doen toen haar dochteronderneming, acht jaar na het verstrekken van de hypotheek, haar op mogelijke onregelmatigheden bij de hypotheekaanvraag had gewezen.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2022:3186

8 juni - De koper van een penthouse in een nieuwbouwproject in Amsterdam-West heeft geen recht op schadevergoeding vanwege vijf steunpilaren die voor zijn raam bleken te staan. De man kocht het penthouse op papier voor een bedrag van 901.347 euro. In het promotiemateriaal werd gesproken over een ‘magnifiek uitzicht vanaf de royale buitenruimte’. Bij een kijkdag bleek dat er in de woonkamer aan de raamzijde vijf kolommen waren geplaatst ter ondersteuning van een overhangend deel van het balkon. Die kolommen stonden niet op de tekening die de koper had gezien. De man eiste 75.000 euro schadevergoeding wegens waardevermindering, omdat er sprake zou zijn van ruimteverlies en omdat de pilaren het uitzicht belemmerden. De vorderingen worden echter afgewezen. Het oppervlakteverlies is zeer gering en het verlies van uitzicht is zodanig beperkt dat dit niet tot waardeverlies leidt. Bovendien werd in het promotiemateriaal gesproken over de buitenruimte en niet over de woonkamer.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2022:3138