De rechtbank spreekt de man ook vrij van witwassen. Volgens de officier van justitie kon uit een – tot het dossier behorende - kasopstelling worden afgeleid dat de man contant geld heeft omgezet in goederen, zoals kleding en boodschappen. Omdat de man de bedragen betwist en een concrete onderbouwing van de bedragen in de kasopstelling ontbreekt, kan de rechtbank niet zonder meer van de juistheid van die bedragen uitgaan. Daarnaast oordeelt de rechtbank dat deze verdenkingen deels zijn gebaseerd op de mensenhandel praktijken waarvan de man wordt verdacht. Omdat de rechtbank de man hiervan vrijspreekt en de officier van justitie geen ander bewijs heeft aangedragen dat de verklaringen van de Apeldoorner weerspreekt, heeft ze niet de overtuiging dat de man zich schuldig heeft gemaakt aan witwassen.