De rechtbank vindt bewezen dat de Mexicaanse mannen in het drugslab werkten als zogeheten koks. Zij verbleven in de loods en produceerden daar de crystal meth en amfetamine. De rol van de 36-jarige man uit Zevenaar bestond uit het verrichten van allerlei hand- en spandiensten, zoals het ophalen van de Mexicaanse mannen, het vervoeren van grondstoffen en het voorzien in de eerste levensbehoeften van de Mexicaanse mannen. De 67-jarige man uit Arnhem stelde de loods ter beschikking voor het opzetten van het drugslab, verrichtte laswerkzaamheden aan bij de productie gebruikte ketels en faciliteerde de opslag van grondstoffen. Ook vervoerde hij chemicaliën.