De rechtbank beoordeelt in deze zaak niet of de homo-ontmoetingsplaats al dan niet terecht is afgesloten, maar alleen of de gemeente de bevoegdheid heeft om op te treden tegen het afsluiten van het natuurgebied. Hiervoor is van belang te weten of de paden wegen zijn in de zin van Wegenwet of Wegenverkeerswet.
In de wet staat niet wat onder weg moet worden verstaan. De rechtbank sluit daarom aan bij eerdere uitspraken in vergelijkbare zaken. Daarin is uitgemaakt dat je pas kan spreken van een weg - in de zin van de hiervoor genoemde wetten - als het gaat om een stuk grond dat een relevante functie vervult in de afwikkeling van het openbare verkeer. Het is niet voldoende als het een strook grond is waarvan verkeer gebruik maakt