Het Hof heeft op 14 januari 2021 uitspraak gedaan en de door de rechtbank Limburg gestelde vragen - samenvattend - als volgt beantwoord:
1. Voor rechtspersonen die opkomen voor milieubescherming - in Verdrag van Aarhus-zaken - en daardoor tot het betrokken publiek behoren (= belanghebbenden zijn) geldt artikel 9 lid 2 van het Verdrag van Aarhus: dat artikel verzet zich volgens het Hof ertegen de toegang tot de rechter afhankelijk te stellen van deelname aan de voorbereidingsprocedure (hetzelfde lijkt te gelden voor particulieren die tot het betrokken publiek behoren, maar dat zegt het Hof niet met zoveel woorden).
2. Voor particulieren (en rechtspersonen) die niet tot het betrokken publiek horen maar wel op basis van nationaal recht inspraak hebben (zoals in Nederland: eenieder) geldt artikel 9 lid 3: ook daar moet er volgens het Hof toegang tot de rechter zijn om op te komen in verband met die inspraakrechten maar dat mag wel - anders dan onder 1 - afhankelijk worden gesteld van eerdere deelname (indien redelijkerwijs: evenredig e.d.).
Het Hof gaat nog wat verder dan de advocaat-generaal, die ook hetgeen onder 1 is aangegeven had aangenomen. Het Hof betrekt er art. 9 lid 3 (meer) bij.