Laden...

Rechtbank Noord-Nederland wijst vonnis in civiele zaken rond tuinbouwbedrijf Sexbierum

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Noord-Nederland > Nieuws > Rechtbank Noord-Nederland wijst vonnis in civiele zaken rond tuinbouwbedrijf Sexbierum
Leeuwarden, 16 april 2020

De rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, heeft op 15 april 2020 vonnis gewezen in twee civiele procedures over een groot glastuinbouwbedrijf in Sexbierum. De vennootschap die dit bedrijf exploiteerde is in 2017 verkocht en in november 2019 failliet gegaan. Het gaat om procedures tussen de erven van de inmiddels overleden ex-eigenaar en zijn managementvennootschap aan de ene kant en de verkochte vennootschap en een dochtervennootschap daarvan (hierna: het glastuinbouwbedrijf) aan de andere kant.

Verlies uit tuinbouw Erica (Drenthe)

De rechtbank moest over een groot aantal kwesties een oordeel geven. Een belangrijk punt van discussie was de vraag voor wiens rekening en risico tuinbouw in Erica (Drenthe) in 2017 plaatsvond. Met deze tuinbouw zou een groot verlies zijn geleden en degene voor wiens risico die tuinbouw plaatsvond zou dit verlies moeten dragen. Het glastuinbouwbedrijf heeft deze claim bij de erven neergelegd. De rechtbank heeft geoordeeld dat daarvoor geen aanleiding bestaat. Volgens de rechtbank blijkt uit verschillende feiten dat de tuinen in Erica door het glastuinbouwbedrijf altijd zijn gezien als onderdeel van haar organisatie, ook al was de managementvennootschap eigenaar van de grond. Het risico van het verlies ligt daarom bij het glastuinbouwbedrijf.

Tweede klasse-producten

Een ander belangrijk discussiepunt ging over de vraag of er in de periode 2007-2017 door het glastuinbouwbedrijf tweede klasse-producten zwart zijn verkocht. Tweede klasse-producten zijn bijvoorbeeld komkommers en paprika's met een afwijkende vorm of kleur. Volgens het glastuinbouwbedrijf bleek al snel na de verkoop dat voor miljoenen euro's buiten de boeken om was verhandeld. De opbrengst van deze verkopen zou niet bij het bedrijf zijn terechtgekomen. Het glastuinbouwbedrijf wil de schade vergoed hebben die hierdoor zou zijn ontstaan. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om de gemiste omzet en belastingschade. Het glastuinbouwbedrijf heeft aangevoerd dat de overleden ex-eigenaar verantwoordelijk was voor de gang van zaken rond de verkoop van tweede klasse-producten. Voor de rechtbank staat nog niet vast dat er sprake is geweest van omvangrijke zwarte handel. Het glastuinbouwbedrijf moet dat nu gaan bewijzen. Als de zwarte handel wordt bewezen moet daarna nog worden aangetoond tot welke schade dat heeft geleid en ook of de overleden ex-eigenaar daarvoor in persoon aansprakelijk is. De rechtbank heeft nu al wel geoordeeld dat een belangrijk deel van de schade sowieso niet toegewezen kan worden. Omdat het glastuinbouwbedrijf failliet is zal de curator eerst duidelijk moeten maken of zij verder wil met de procedure.

Uitspraken