De voorzieningenrechter ging 16 maart tijdens een descente zelf kijken of Biospares zich aan de opgelegde maatregelen had gehouden. De rechter constateerde dat er geen nieuwe stoffen voor het gebruik in de mestvergisters zijn aangeleverd, maar dat het terrein van Staatsbosbeheer nog niet is opgeruimd. De weggestroomde mest ligt er nog steeds en is deels ingeklonken in de grond van het naburige perceel. Deze nalatigheid valt het bedrijf te verwijten. De eigenaar van Biospares zocht weliswaar via e-mail contact met Staatsbosbeheer om te overleggen over een oplossing, maar tot een overleg is het nooit gekomen.
Inmiddels is het bedrijf overgegaan naar BIQ Group N.V. uit Den Haag. De inrichting kan volgens GS met enkele technische aanpassingen zonder risico’s voor de omgeving in werking worden gebracht. Daarnaast wil GS onderzoeken of de nieuwe eigenaar voldoende capabel is om de inrichting te beheren. De uitkomst van dit onderzoek zal GS betrekken bij hun beslissing op het bezwaar tegen de intrekking van de vergunning. Deze beslissing wordt op korte termijn genomen. De nieuwe eigenaar wil bovendien graag in overleg met Staatsbosbeheer over het opruimen van het perceel.