De verdachte en het slachtoffer voeren apart van elkaar een voorbereidend intakegesprek van ongeveer een uur met de mediators. Zowel de verdachte als het slachtoffer mag een vertrouwd persoon zoals een partner of vriend(in) meenemen en ook professionele ondersteuning, zoals een advocaat of iemand van slachtofferhulp. Het is wel van belang dat de andere partij (de verdachte of het slachtoffer) hiermee akkoord is. Een minderjarige verdachte of slachtoffer moet een van de ouders of verzorgers meenemen.
Het gesprek begint met het ondertekenen van de mediation-startovereenkomst, waarin vertrouwelijkheid en vrijwilligheid worden afgesproken.
Daarna stellen de mediators vragen over dat wat er is gebeurd, de aanleiding van het strafbare feit, of de verdachte en het slachtoffer of de nabestaande elkaar al kenden, wat de schade is en wat verder nog van belang is om te vertellen.
Aan het eind van zowel het intakegesprek met de verdachte als het intakegesprek met het slachtoffer vragen de mediators of zij nog steeds met de ander willen praten.