Voor het afhandelen van een nalatenschap gaat u naar de rechtbank in het arrondissement waar de overledene het laatst heeft gewoond.
Volgens artikel 4:190 lid 3 van het Burgerlijk Wetboek is er geen termijn gebonden voor het verwerpen- dan wel aanvaarden van een nalatenschap voor erfgenamen die handelingsbekwaam zijn.
Dit houdt in dat voor erfgenamen die handelings-onbekwaam zijn, te weten minderjarigen en onder curatele gestelden, en die direct erfgenaam zijn een termijn hebben van 3 maanden, te rekenen vanaf het moment dat het bij hen bekend is geworden dat zij erfgenaam zijn.
Om deze machtiging voor het verwerpen van de nalatenschap te verkrijgen dient conform artikel 1:345 van het Burgerlijk Wetboek door de gezaghebbende over de minderjarige een verzoek tot machtiging te worden ingediend bij de kantonrechter in het arrondissement waar de minderjarige woonachtig is. Voor de onder curatele gestelde zal dit moeten worden gedaan door diens bewindvoerder.
Hieronder vindt u informatie over hoe de rechtbank Den Haag u kan helpen, als de overledene woonde in een gemeente in de buurt van Den Haag. Is dit niet het geval, dan moet u zijn bij een van de andere
rechtbanken in Nederland. Als de overledene in het buitenland woonde, lees dan meer
op de landelijke pagina Afwikkeling buitenlandse erfenis.