Laden...

Pastoor hoeft erfenis overleden vrouw niet af te staan aan nabestaanden

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Oost-Brabant > Nieuws > Pastoor hoeft erfenis overleden vrouw niet af te staan aan nabestaanden
's-Hertogenbosch, 18 november 2015

De familie van een overleden vrouw heeft geen recht op haar volledige erfenis. De rechtbank Oost-Brabant wees een verzoek af van de familie om het testament nietig te verklaren. Dit betekent dat de nalatenschap verdeeld zal blijven zoals de vrouw liet vastleggen.

Het geschil

De vrouw liet op 17 april 2009 een testament opstellen en benoemde de kinderen van haar nicht tot de enige erfgenamen. Ook liet zij een pastoor uit Asten een beperkte geldsom na. Deze pastoor had de uitvaart van haar echtgenoot in 2008 verzorgd. Daarna bezocht de vrouw regelmatig de pastorie en had contact met de pastoor, die op enig moment ook 12.000 euro van haar leende. Op 4 mei 2010 wijzigde de vrouw haar testament: de kinderen zouden nu een beperkte geldsom krijgen en de pastoor werd voor het overige benoemd tot enig erfgenaam. De vrouw overleed op 24 december vorig jaar. De familie van de vrouw kreeg enkele weken hiervoor te horen dat het testament gewijzigd was. In reactie hierop verzochten zij de bisschop om de pastoor op te dragen zich te onthouden van verdere bemoeienis met de vrouw. De bisschop liet weten geen aanleiding tot actie te zien, omdat volgens hem de vrouw volledig uit eigen beweging en vrije wil haar testament aanpaste. De nalatenschap bestaat hoofdzakelijk uit een bedrag van vermoedelijk 120.000 euro, een garagebox en de inboedel uit de huurwoning van de vrouw. De familie stapte daarop naar de rechter.

Stellingen

De familie stelt dat het gewijzigde testament niet geldig is en komt met een aantal argumenten om dit te onderbouwen. Volgens de familie heeft de pastoor het vermogen van de vrouw sinds 2009 beheerd en is dit vermogen tijdens zijn beheer gedecimeerd. Verder stelt de familie dat de pastoor de vrouw onrechtmatig heeft bewogen om hem als enig erfgenaam aan te wijzen. Die stelling is onder meer gebaseerd op wat de vrouw op haar sterfbed tegen een van haar nichtjes zou hebben verteld; namelijk dat ze een fout had gemaakt, onder druk was gezet en dat ze het aan de verkeerde had gegeven. Daarnaast haalde de pastoor volgens de familie voordeel uit de uiterste wilsbeschikking van de vrouw terwijl zij ziek was. De familie wil onder meer dat de rechtbank het gewijzigde testament vernietigt en dat de nalatenschap wordt verdeeld zoals in het eerste testament van de vrouw was vastgelegd. De pastoor zou in dat geval alle goederen die hij kreeg aan de familie moeten overdragen en het geleende bedrag van 12.000 euro moeten terugbetalen.

Het oordeel

De rechtbank oordeelt dat de stellingen van de familie onvoldoende duidelijk en onvoldoende onderbouwd zijn. Het gaat om stellingen die speculatief zijn in die zin dat zij niet of nauwelijks zijn gebaseerd op vaststaande of deugdelijk onderbouwd gestelde feiten.
De pastoor zegt dat van vermogensbeheer en de decimering geen sprake is en kan dat eenvoudig uitleggen. Ook de stelling over de onrechtmatige gedragingen van de pastoor bieden weinig aanknopingspunten voor de rechtbank. De vrouw heeft op haar sterfbed, zo blijkt uit een verklaring van haar nicht, niet verklaard wat er precies is gebeurd en ook niet hoe ze onder druk was gezet. De vraag is dan of die druk er wel was. Van groot belang is dat de vrouw het testament al in mei 2010 heeft laten wijzigen, waarna zij nog 4,5 jaar heeft geleefd. Uitgaande van de gestelde druk, is dan de vraag waarom een en ander al die tijd onopgemerkt is gebleven door de familie, terwijl zij stellen een goed en frequent contact met de vrouw te hebben gehad. Bovendien openbaarde haar ziekte zich 4 jaar na het opstellen van het gewijzigde testament, dus kan ook dit argument niet slagen en is van misbruik van haar ziekte in ieder geval geen sprake.

Voorlopig getuigenverhoor

Naast het verzoek om het gewijzigde testament nietig te verklaren, moest de rechtbank ook oordelen over een verzoekschrift van de familie voor een voorlopig getuigenverhoor. De rechtbank oordeelt dat de familie niet de gelegenheid moet worden geboden om haar stellingen - die nu onvoldoende zijn - nader te ontwikkelen. Het is in strijd met de goede procesorde om eerst een procedure te starten op basis van vermoedens, die schadelijk zijn voor degene die wordt aangesproken, en pas daarna te onderzoeken of die vermoedens eigenlijk wel juist zijn.

Uitspraken