Laden...

Op de rol: 'Niemand schiet op met een harde straf'

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Rotterdam > Nieuws > Op de rol: 'Niemand schiet op met een harde straf'
Rotterdam, 11 juli 2019

Pieter sloeg Melanie op 4 januari met een glas, maar sloeg Melanie* nu met een kinderslipper of met een slof naar Pieter? Volgens de officier van justitie was het een slipper, volgens Melanies advocaat was het een slof. Kun je iemand trouwens mishandelen met een kinderslof? Een interessante vraag, maar daar zou het vanmiddag niet om moeten draaien in de Rotterdamse rechtszaal. ‘Dit probleem is veel groter dan een slipper en een glas’, vindt politierechter Yolanda Janssen.

Een strafzitting van 30 minuten is evenwel niet bedoeld om dat grotere probleem bij de horens te vatten. Er worden geen problemen opgelost, en al helemaal niet bij huiselijk geweldzaken. Daarbij speelt namelijk altijd meer huiselijke ellende (schulden, echtscheiding, huisverbod, omgangsregeling, ondertoezichtstelling, spijbelen). De rechtbank Rotterdam organiseert daarom sinds kort combizittingen waarbij huiselijk geweld en alle samenhangende perikelen door 1 rechter worden behandeld. Op die manier kunnen nuttige maatregelen worden genomen voor gezinsleden die buiten de rechtszaal wel met elkaar verder moeten.

Relatieproblemen

Melanie (28) en Pieter (31) willen níet met elkaar verder, dat scheelt. Ze hebben alleen wel een dochtertje van 5. De kemphanen zitten vandaag allebei in het beklaagdenbankje, maar een combizitting is het niet. Alleen het slaan met de slipper/slof door Melanie en het slaan met een glas door Pieter staan op het programma. Niet de relationele sores. Spijtig, vindt rechter Janssen. ‘Ik heb het idee dat de zaak waarvoor u hier vandaag bent te maken heeft met uw relatieproblemen. Ik zie mevrouw knikken, mijnheer ook. Wist u dat het mogelijk is om al die zaken door 1 rechter te laten behandelen?’ Dat wisten Melanie en Pieter niet. Of ze voor een combizitting zouden hebben gekozen is overigens de vraag, want ze hebben zich bij de afwikkeling van hun scheiding flink ingegraven. ‘U luistert niet naar elkaar, en dus loopt alles via advocaten die daar hartstikke veel geld voor vangen’, zal officier van justitie Iris Barendregt later opmerken.

Spanning

Een kind is veelal de inzet van echtelijke ruzies – en de dupe. Zo ook bij Melanie en Pieter. Pieters relaas: ‘Er is te veel spanning in huis, dus ik ben vertrokken. Ik betaal de huur, maar ik ga mevrouw niet het huis uitzetten. Ik ben er alleen om voor ons dochtertje te zorgen. Ik wilde eten voor haar maken. Mevrouw was boos en ze hield de deur dicht toen ik langskwam. “Wat doe jij hier”, riep ze. Ze kon haar agressie niet beheersen. Misschien heb ik ook wat dingen teruggezegd. Na een uur mocht ik mijn eigen huis binnen, maar mijn dochter wilde niet eten. Dat kwam wel goed uit, want met die spanning wilde ik haar ook niet beneden hebben. Het eten dat ik voor haar had gemaakt, at ik zelf op. Mevrouw was zo geïrriteerd dat ze mij een klap gaf met een slipper. Ik viel achterover. Ik stond op en ik wilde melk over haar heen gooien. In de beweging met het dikke Ikeaglas raakte ik haar hoofd. Ze pakte het glas en gooide het op de grond. Ze begon te bloeden en ik wilde haar helpen. Ze wilde geen hulp. Ik heb de politie gebeld, want dit ging te ver.’

Gekwetst

Het relaas van Melanie: ‘Ik had een ouderschapsplan in elkaar gezet en dat wilde ik bespreken. Maar op 3 januari vertelde mijnheer dat hij onze dochter over zijn nieuwe vriendin zou vertellen. Ik wilde dat we dat bericht samen zouden brengen. In de loop van de avond zei mijn dochter: “Mamma, ik weet dat pappa een nieuwe vriendin heeft. Dat heeft-ie mij verteld.” Ik was zó gekwetst. Ik wilde niet dat hij de dag erop zou langskomen. Ik deed daarom de deur op slot. ‘s Ochtend maakte mijn dochter mij wakker. “Mamma, er is een boef beneden”, zei ze. Ik ben boos naar beneden gelopen. “Wat doe je hier? Je moet niet te komen.” Ik duwde hem weg en toen was er een worsteling. Mijnheer had een glas in zijn handen. Hij gooide melk over mij heen, maar hij was zó boos dat hij het glas op mijn hoofd kapot sloeg. Ik zag in zijn ogen dat hij ook schrok. Ik geloof niet dat hij mij pijn wilde doen. Hij heeft zijn respect voor mij verloren. Hij heeft mij meegemaakt toen ik psychotisch was. Zo communiceert hij ook met mij en zo behandelt hij mij ook. Je bent een grap, gek mens. 1 belletje en ze komen je ophalen.’

Opa

En zoals dat vaak gaat bij echtelijke ruzies: het kind des huizes staat erbij en kijkt ernaar. ‘Die was opa aan het appen’, zegt rechter Janssen. "Opa, pappa heeft een glas naar mamma haar hoofd gestuurd. De politie is ook hier. Kom.” Dat lijkt mij pedagogisch wel heel zwaar voor haar, toch?’ Dat vinden Melanie en Pieter ook. Die politie sluit het tweetal 1 dag op in de cel en maakt rapport op. De reclassering heeft ook rapport opgemaakt. Ze schrijven dat de kans op herhaling bij Pieter laag is. Hij heeft geen strafblad en er zijn ook geen ‘problematische leefgebieden’. Een behandeling vindt de reclassering niet nodig, een contactverbod ook niet. Melanie heeft wel wat op haar kerfstok, maar dat heeft niets te maken met mishandeling. Ze wordt begeleid door een psychiatrisch verpleegkundige en een gezinscoach. Melanie heeft volgens de reclassering zelfbeheersingsproblemen. Stress is een probleem. ‘Herkent u dat?’, vraagt rechter Janssen. ‘Als het om mijnheer gaat wel. Ik wil niet dat hij mij kleineert. In het dagelijks leven kan ik mij goed beheersen.’

Verwijten

Rechter Yolanda Janssen ‘doet’ veel combizaken en je merkt dat haar vingers jeuken. De rechter: ‘Ik hoor u over het verleden, maar ik wil nu juist dat u gaat nadenken over de toekomst en hier een punt achter zet. Want ik kan u vertellen: als u zo doorgaat, dan kunt u nog wel 3 jaar procederen en blijft u advocaten betalen. U kunt ook zeggen: we zetten er een streep onder en we gaan afspraken maken. Jij moet doen wat jij hebt beloofd, ik ga doen wat ik heb beloofd. Maar ik moet erover ophouden, want die puzzel gaan we vandaag niet leggen.’ Het frustreert officier van justitie Iris Barendrecht ook dat ze zich moet bezighouden met een slipper/slof en een glas, maar dat de huiselijke problemen er niet minder om worden. ‘Een straf maakt u alleen maar bozer op elkaar’, aldus de officier. ‘U luistert niet meer. Dat is het probleem hier. U maakt elkaar constant verwijten. U gedraagt zich als een stel kleine kinderen. Dat moet ophouden. Ga met elkaar in gesprek; luisteren is het toverwoord.’

Straf

Officier van justitie Barendrecht zoekt met haar strafeis de gulden middenweg: voor beiden een voorwaardelijke taakstraf van 40 uur, ‘ondanks dat mevrouw letsel heeft opgelopen’. Die aanpak ziet de politierechter wel zitten. Pieter en Melanie hebben elkaar mishandeld, concludeert politierechter Janssen. Daarvoor verdienen ze een straf, maar ‘niemand schiet op met een harde straf. Ik heb als politierechter langer dan gebruikelijk stilgestaan bij wat er écht zou moeten gedaan aan uw problemen. De officier heeft dat ook gedaan. De problemen blijven achter, en dat is jammer.’ Melanie en Pieter krijgen een voorwaardelijke taakstraf van 30 uur.

‘Zou ik ook een geldboete kunnen krijgen?’, vraagt Pieter. Nee dat kan niet. ‘Geweld in huis waar kinderen bij zijn is niet zoiets als door rood licht rijden’, reageert de politierechter.

* Dit zijn niet hun echte namen.

Uitspraken