Laden...

Tussenbeslissing op verzoek in faillissement Imtech

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Rotterdam > Nieuws > Tussenbeslissing op verzoek in faillissement Imtech
Rotterdam, 18 december 2015

De Rabobank heeft (naar zij zegt ook namens andere grote financiers) verzocht om in de faillissementen van 6 failliete bedrijven uit het Imtech-concern een voorlopige commissie van schuldeisers in te stellen.


Zo’n commissie mag informatie opvragen en stukken inzien; verder mag zij (niet bindend) advies aan de curatoren uitbrengen.

De curatoren hebben bezwaar gemaakt; zij vinden de commissie niet nodig en vrezen nadelige gevolgen, vooral ten gevolge van de informatieverstrekking. Op 1 december 2015 heeft de rechtbank op een openbare zitting alle aanwezige belanghebbenden hierover gehoord.

De rechtbank heeft vandaag een tussenbeslissing genomen. Daarin wordt beslist dat één overkoepelende commissie niet mogelijk is, omdat het gaat om 6 separate faillissementen.
Wat de holding, Royal Imtech NV, betreft is de rechtbank van oordeel dat het verzoek moet worden toegewezen. 

Hierover neemt de rechtbank waarschijnlijk in februari 2016  een definitieve beslissing. Er zal een voorlopige commissie komen, waarbij aan de bezwaren van de curatoren gedeeltelijk tegemoetgekomen wordt door het stellen van beperkingen aan het recht op informatie.
Dat zou geregeld kunnen worden in een protocol, maar in het verzoek wordt geen beslissing gevraagd over zo’n protocol.

Die voorlopige schuldeiserscommissie zal benoemd worden nadat de curatoren  en de rechters-commissarissen een nader standpunt over de samenstelling hebben gegeven. De rechtbank overweegt in de tussenbeschikking reeds dat voor de hand ligt dat (slechts) één van de financiers in de commissie plaatsneemt. 
 

Voor wat de andere 5 vennootschappen betreft heeft de rechtbank behoefte aan meer informatie. Als die beschikbaar is zal pas een inhoudelijke beslissing genomen kunnen worden.  Naar verwachting zal die niet eerder dan in maart 2016 worden genomen.

Uitspraken