U kunt één of twee personen als voogd aanwijzen voor uw kind. Wijst u twee personen aan, dan moet u aangeven wat u wilt na uw overlijden:

• Beide personen oefenen samen de voogdij uit
  Voor gezamenlijke voogdij gelden extra voorwaarden.
  

of

• Een van de twee oefent de voogdij alleen uit
  Geef dan aan welke persoon als eerst gevraagd moet worden om de voogdij te aanvaarden.

U kunt in een testament (bij de notaris) of in het gezagsregister (bij de rechtbank) laten vastleggen wie u als voogd aanwijst. Heeft u beide gedaan? Dan geldt de laatste registratie (aanwijzing) van de voogdij. Voor de wet maakt het niet uit of u een voogd in een testament of gezagsregister aanwijst. De gevolgen van het aanwijzen van een voogd in het gezagsregister of testament zijn hetzelfde.

Heeft uw kind ook een andere ouder? Dan kunt u alleen, of samen met de andere ouder een voogd aanwijzen. Als u alleen een voogd aanwijst, kan de andere ouder hetzelfde doen.

De voogd hoeft vooraf geen toestemming te geven voor de aanwijzing (benoeming) als voogd in het gezagsregister of testament. Op het moment dat er een voogd moet komen voor het kind, moet de persoon die u heeft aangewezen de voogdij aanvaarden (accepteren).

Heeft u meerdere kinderen en wilt u voor hen in het gezagsregister een voogd aanwijzen? Vul voor ieder kind apart het formulier in. Veel ouders wijzen dezelfde persoon als voogd voor hun kinderen aan. U kunt er ook voor kiezen om voor elk kind een andere voogd aan te wijzen.

Om een voogd aan te wijzen, hoeft u als ouder geen gezag over uw kind te hebben. Overlijdt u? Dan is uw aanwijzing alleen geldig als u op het moment van overlijden het gezag over uw kind had.

Heeft u ook in een testament (bij de notaris) laten vastleggen wie u als voogd aanwijst? Dan geldt de laatste registratie (aanwijzing) van de voogdij.

Overlijdt u? Of overlijden u en de andere ouder? Als de aangewezen voogd de voogdij aanvaardt (accepteert), is een zitting bij de rechter meestal niet nodig. Dit is anders als:

• u en de andere ouder tegelijk overlijden en ieder een andere voogd heeft aangewezen.
• de aangewezen voogd(en) de voogdij niet kan of wil uitvoeren.

In dat geval praat de Raad voor de Kinderbescherming met het kind, de aangewezen voogd(en) en de familie. De Raad voor de Kinderbescherming onderzoekt tijdens de gesprekken wat in het belang van het kind is. De rechter organiseert een zitting als dat nodig is en benoemt een voogd voor het kind.