Laden...

Onteigening volgens Onteigeningswet (tot 1 januari 2024)

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksOnderwerpen > Onteigening > Onteigening volgens Onteigeningswet (tot 1 januari 2024)

Wat gebeurt er als een overheidsinstantie (bestuursorgaan) eigenaar van uw grond wil worden en daarvoor een onteigeningsprocedure begint? En wat kunt u dan doen?

Onteigening volgens Onteigeningswet (tot 1 januari 2024)

De onteigeningsprocedure bij de rechter valt onder het civiele recht. U bent verplicht om een advocaat in te schakelen als u aan de rechter uw reactie wilt laten weten.

In de meeste gevallen vraagt de overheid aan de rechter om alvast de onteigening uit te spreken zodat de werkzaamheden kunnen beginnen (vervroegde gerechtelijke onteigeningsprocedure). De rechter bepaalt dan in een tussenvonnis welk voorschot u krijgt op de schadevergoeding. In het vervolg van de procedure stelt de rechter de definitieve schadevergoeding vast.

 De procedure onteigening bestaat uit de volgende stappen:

>Alles uitklappen
  • De overheid start de procedure door u als eigenaar van de grond of het gebouw op te roepen om voor de rechtbank te verschijnen. Deze oproep heet een dagvaarding. De overheid is de eiser.

    Betekening dagvaarding

    Een advocaat schrijft de dagvaarding en een deurwaarder zorgt voor uitreiking van de dagvaarding aan u (betekening) en stuurt deze naar de rechtbank.

    Inhoud dagvaarding

    In de dagvaarding staat onder meer:

    • de datum van de betekening
    • welk overheidsorgaan de eiser is
    • de gegevens van de deurwaarder
    • uw gegevens
    • wat de overheid wil onteigenen en waarom (eis en gronden)
    • welke schadevergoeding de overheid aanbiedt
    • locatie rechtbank
    • de datum en tijd van de zitting waarop de rechter de zaak behandelt (rolzitting)

    De deurwaarder ondertekent de dagvaarding.

     


  • De overheidsinstantie, bijvoorbeeld een gemeenteraad, verstuurt de vastgestelde onteigeningsbeschikking aan belanghebbenden en verzoekt de rechtbank de onteigeningsbeschikking goed te keuren (te bekrachtigen). De overheidsinstantie dient het verzoekschrift in bij de rechtbank waar het perceel ligt dat wordt onteigend.

  • De onteigenaar (dit is meestal de overheid) kan na de bekendmaking van de onteigeningsbeschikking een verzoekschrift bij de civiele rechter indienen tot vaststelling van de schadeloosstelling. De rechtbank stuurt dit verzoekschrift naar u door en stelt u in de gelegenheid om een verweerschrift in te dienen.

  • Als ontvanger van de dagvaarding bent u de gedaagde. Voor u is een advocaat ook verplicht.

    Schriftelijk

    Via uw advocaat kunt u reageren op de inhoud van de dagvaarding. Hij geeft namens u ook aan welke bewijzen u heeft voor uw standpunt. Dit stuk van de advocaat heet een conclusie van antwoord.

    Bewijsstukken

    Heeft u bewijsstukken die uw verhaal ondersteunen? Uw advocaat kan deze bij de conclusie van antwoord voegen. Bijvoorbeeld brieven of overeenkomsten. U kunt ook getuigen vragen hun verhaal op te schrijven (getuigenverklaring).

    Conclusie van antwoord opsturen

    Uw advocaat stuurt de conclusie van antwoord met de bewijsstukken naar de rechtbank. Het moet daar uiterlijk op de dag voor de rolzitting binnen zijn.

    Uitstel

    Heeft u meer tijd nodig voor uw reactie? U kunt 1 keer 2 weken uitstel krijgen. Uw advocaat vraagt uitstel door de rechtbank een brief te sturen. Deze brief moet uiterlijk op de dag voor de rolzitting binnen zijn.

    Hoe verder

    Na de rolzitting krijgt uw advocaat bericht van de rechtbank over hoe de procedure verder verloopt.

    Geen reactie

    Reageert u niet op de dagvaarding, dan doet de rechter 2 weken later toch een einduitspraak. Als de administratieve procedure juist is verlopen, spreekt hij de onteigening uit, stelt het voorschot op de schadevergoeding vast en benoemt deskundigen voor een advies over de definitieve schadevergoeding. Deze uitspraak heet dan een verstekvonnis.

     


  • Bent u het niet eens met de onteigeningsbeschikking, bijvoorbeeld omdat u eigenaar bent van het perceel, dan kunt u uw bedenkingen indienen bij de rechtbank. Een bedenking is een schriftelijk stuk waarin u reageert op de onteigeningsbeschikking. In het stuk geeft u een omschrijving van de beschikking en waarom u het niet eens bent met de beschikking. Verder vermeldt u uw naam, adres, de datum waarop u uw bedenkingen schrijft en uw handtekening.

    Er kunnen meer personen een bedenking indienen tegen één verzoekschrift.

  • Als ontvanger van het verzoekschrift bent u verweerder. Als u een verweerschrift wilt indienen, is een advocaat verplicht. Via uw advocaat kunt u reageren op de inhoud van het verzoekschrift. Hij of zij geeft namens u ook aan welke bewijzen u heeft voor uw standpunt.

    Heeft u bewijsstukken die uw verhaal ondersteunen? Uw advocaat kan deze bij het verweerschrift voegen. Het kan bijvoorbeeld gaan om brieven of overeenkomsten. U kunt ook getuigen vragen hun verhaal op te schrijven (getuigenverklaring).

    Uw advocaat stuurt het verweerschrift met de bewijsdocumenten naar de rechtbank

  • De zitting die in de dagvaarding wordt genoemd heet de rolzitting. De rechter controleert of de dagvaarding goed is uitgebracht en of de administratieve onteigeningsprocedure goed is uitgevoerd en beslist hoe de procedure verder gaat.

    Tussenvonnis

    In de meeste gevallen geeft de rechter een tussenvonnis waarin hij:

    • de onteigening uitspreekt
    • een voorschot op de schadevergoeding toekent
    • deskundigen benoemt, zoals een makelaar, taxateur, agrarisch deskundige, jurist
    • een datum en tijdstip bepaalt waarop de deskundigen en de rechter ter plekke gaan kijken (descente)

    Niet eens met de onteigening

    Bent u het niet eens met de onteigening zelf? Heeft uw advocaat in de reactie op de dagvaarding (conclusie van antwoord) aangevoerd dat de onteigening niet noodzakelijk is of dat de procedure niet goed is uitgevoerd? Dan bepaalt de rechter in het tussenvonnis een datum voor een zitting. 

     


  • U heeft zes weken de tijd om uw bedenkingen tegen de onteigeningsbeschikking bij de rechtbank in te dienen. De termijn voor het indienen van de bedenkingen start de dag na de terinzagelegging van de beschikking.

  • In de meeste gevallen geeft de rechter een tussenbeschikking waarin hij:

    • drie deskundigen benoemt, zoals een makelaar, taxateur, agrarisch deskundige en/of een jurist;
    • een datum en tijdstip bepaalt waarop de deskundigen en de rechter ter plekke gaan kijken (dit heet een descente) en een zitting houden.

    Uw advocaat krijgt de tussenbeschikking toegestuurd.

  • Tijdens de descente kijkt de rechter samen met de deskundigen en de partijen hoe de situatie is op de plek van de te onteigenen grond of het gebouw. U mag daarbij dus aanwezig zijn. Ook een vertegenwoordiger van de overheid is erbij.

    Deskundigenrapport

    Na de descente stellen de deskundigen een rapport op. Hierin geven zij de rechter een advies over de waarde van de grond of het gebouw en de hoogte van de schadevergoeding. Een concept van dit rapport sturen zij eerst naar uw advocaat en naar de advocaat van de overheid. U en de overheid kunnen er schriftelijk op reageren. De deskundigen verwerken beide reacties in het definitieve rapport. Daarna sturen zij dit naar de rechter en alle partijen.

    Hoogte schadevergoeding

    De Onteigeningswet bepaalt dat u er door de onteigening niet op achteruit mag gaan, niet in vermogen en ook niet in inkomen. U krijgt dus een volledige vergoeding van alle schade die het directe en noodzakelijke gevolg is van de onteigening. De schadevergoeding kan bijvoorbeeld bestaan uit vergoeding van: 

    • waardevermindering van de overblijvende grond 
    • verlies aan inkomsten 
    • verhuiskosten 
    • financieringskosten 
    • belastingschade 
    • herinrichtingskosten 
    • advocaatkosten 
    • andere redelijke deskundigenkosten, zoals van een taxateur, makelaar of accountant 
    De schadevergoeding wordt verrekend met eventuele voordelen of andere vergoedingen zoals een planschadevergoeding.

     


  • De rechtbank stuurt uw bedenkingen door aan de overheidsinstantie die het verzoekschrift heeft ingediend. De overheidsinstantie reageert vervolgens op uw bedenkingen.

  • Tijdens de descente kijkt de rechter samen met de deskundigen en de partijen hoe de situatie is op de plek van de grond of het gebouw waar het om gaat. U mag daarbij met uw advocaat aanwezig zijn. Ook een vertegenwoordiger van de onteigenaar is erbij.

    Voorafgaand aan of na afloop van de descente wordt vaak een zitting gehouden. Dit gebeurt vaak in de buurt van de grond of het gebouw waar het om gaat. De deskundigen en partijen met hun advocaten kunnen hierbij aanwezig zijn. 

  • Beide partijen en de deskundigen krijgen een uitnodiging voor de zitting. In die uitnodiging staat wanneer (datum) en waar (locatie) de zitting plaatsvindt.

    Mening

    Het is niet verplicht om naar de zitting te komen, maar het wordt wel aangeraden. Komt u wel, dan krijgt u de gelegenheid uw mening te geven. Ook de overheid en de deskundigen mogen hun standpunt toelichten. De rechter stelt ook vragen.

    Schriftelijke informatie

    Wilt u nieuwe schriftelijke informatie tijdens de zitting bespreken? Uw advocaat stuurt deze stukken dan naar de rechter en naar de overheid. De stukken moeten minimaal 1 week voor de zitting binnen zijn.

    Openbaar

    De zitting is in beginsel openbaar. Dit betekent dat iedereen de zitting mag bijwonen.
    Zitting bijwonen

     


  • U heeft tot 10 dagen voor de zitting nog de mogelijkheid om aanvullende documenten in te leveren.

  • In principe geeft de rechter na de descente een tussenbeschikking af waarin hij de voorlopige schadeloosstelling vaststelt.

    Uw advocaat krijgt de tussenbeschikking toegestuurd.

Kosten

Normaal gesproken betaalt u een vergoeding voor de behandeling van uw zaak door de rechter: griffierecht. Ook kunnen er extra kosten aan een rechtszaak verbonden zijn, bijvoorbeeld advocaatkosten. 

In een onteigeningsprocedure krijgt u uw (redelijk gemaakte) kosten achteraf vergoed, zoals: 

  • griffierecht
  • kosten voor een advocaat 
  • kosten voor deskundigen

Doorlooptijd

Binnen 4 weken na het beginnen van de procedure spreekt de rechter een tussenvonnis uit. In dit vonnis bepaalt de rechter een datum waarop hij de situatie per plekke bekijkt (descente genoemd). Vervolgens wordt het deskundigenrapport opgemaakt en volgt een zitting. Meestal doet de rechter binnen 4 weken na de zitting einduitspraak.


Juridisch advies

Een advocaat of andere juridisch adviseur kan u adviseren over uw situatie, documenten voor u maken en het woord doen tijdens een zitting bijvoorbeeld.

Rechters en anderen bij de Rechtspraak zijn onpartijdig en onafhankelijk. Zij kunnen u informeren, maar niet adviseren.

 

Heeft u een vraag?

Voor meer informatie of hulp, bezoek de contactpagina. Daar vindt u antwoorden op veelgestelde vragen en informatie over hoe u ons kunt bereiken.