Laden...

Onderzoek naar aanleiding van kinderopvangtoeslagenaffaire

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRaad voor de rechtspraak > Kwaliteit van de rechtspraak > Onderzoek naar aanleiding van kinderopvangtoeslagenaffaire

Reflectie bestuursrechters

Als voor burgers grote belangen op het spel staan en onevenredig negatieve gevolgen dreigen  zoals in kinderopvangtoeslagzaken is gebeurd – moeten rechters meer gewicht toekennen aan de rechtsbescherming van het individu dan aan het waarborgen van de rechtseenheid en rechtszekerheid. Ze moeten in elke zaak de feiten en persoonlijke omstandigheden van de rechtszoekende grondiger onderzoeken. Dit staat in Recht vinden bij de rechtbank (pdf, 704,1 KB), het rapport uit oktober 2021 van de Werkgroep reflectie toeslagenaffaire rechtbanken die onder meer sprak met talloze betrokkenen, zowel professionals als ouders. Zie Toeslagenaffaire: 'Belang rechtsbescherming individu moet zwaarder wegen dan vaste lijn jurisprudentie'.

 

Reflectie jeugdrechters

Ouders hebben zich onvoldoende gehoord gevoeld in familie- en jeugdrechtszaken, mede door de grote problemen in de jeugdzorg. Om kinderen en ouders in die moeilijke omstandigheden voldoende rechtsbescherming te bieden, moeten jeugdrechters zich actiever en nieuwsgieriger opstellen. Dat staat in Recht doen aan kinderen en ouders (pdf, 757,9 KB), het rapport uit februari 2023 van de reflectiecommissie die de werkwijze van familie- en jeugdrechters heeft onderzocht. Zie ook Rechtspraak publiceert reflectie familie- en jeugdzaken.

 

Onderzoek naar uithuisplaatsing

De Rechtspraak is een onderzoek gestart naar de uithuisplaatsing van kinderen uit gezinnen die gedupeerd zijn door de toeslagenaffaire. In hoeverre heeft de toeslagenaffaire een rol gespeeld bij de beslissing van kinderrechters om een kind uit huis te plaatsen? Daarvoor zijn 4 onderzoekers aangesteld die de dossiers van in totaal 400 uithuisgeplaatste kinderen van toeslagenouders bij de verschillende rechtbanken bestuderen. De vraag waar zij een antwoord op zoeken luidt: Welke rol spelen financiële problemen als gevolg van de toeslagenaffaire in het geheel van redenen dat de kinderrechter noemt om een kind uit huis te plaatsen? Het dossieronderzoek is begin 2024 gestart en zal naar verwachting ongeveer een jaar duren.

 


 Veelgestelde vragen over het dossieronderzoek

>Alles uitklappen
  • Door de toeslagenaffaire is discussie ontstaan over uithuisplaatsing van kinderen uit gedupeerde gezinnen. De Rechtspraak wil door dossieronderzoek inzicht krijgen in de vraag in welke mate financiële problematiek die is veroorzaakt door de toeslagenaffaire een rol heeft gespeeld bij de beslissing van kinderrechters om een kind uit huis te plaatsen.

  • De Rechtspraak heeft begin 2024 een lijst ontvangen van uithuisgeplaatste kinderen van wie de ouders gedupeerd zijn door de toeslagenaffaire. Daarna is het onderzoek gestart. De verwachting is dat het ongeveer een jaar in beslag zal nemen en dat de resultaten dus begin 2025 worden gepubliceerd.

  • Dat kon niet omdat lange tijd niet bekend was welke gedupeerde ouders uithuisgeplaatste kinderen hadden. Om het onderzoek te kunnen starten, moesten gegevens uitgewisseld worden tussen de Belastingdienst, de Raad voor de Kinderbescherming en de Rechtspraak. Vanwege privacyregels was nieuwe wetgeving noodzakelijk om het delen van de persoonsgegevens mogelijk te maken. Na de inwerkingtreding van de nieuwe wet (de Tijdelijke wet uitwisseling persoonsgegevens UHP KOT) op 1 juli 2023, zijn de betrokken organisaties begonnen met de uitwisseling van gegevens. Zo kon een lijst worden gemaakt van kinderen van gedupeerde ouders die uit huis zijn geplaatst, de 'kindlijst', die als basis dient voor het dossieronderzoek. 

  • Uit de zaken na 2015 is een gerandomiseerde steekproef getrokken van 400 kinderen. De dossiers van die kinderen worden door onderzoekers geanalyseerd.

  • Het onderzoek gaat een antwoord geven op de vraag:
    ‘Welke rol speelt financiële problematiek, als gevolg van de toeslagenaffaire, in het geheel van redenen dat de kinderrechter noemt om het kind van een door de toeslagenaffaire gedupeerde ouder uit huis te plaatsen?’
    Dit onderzoek richt zich niet op de vraag of schuldenproblematiek als gevolg van de toeslagenaffaire heeft geleid tot andere problemen die een rol kunnen hebben gespeeld bij de beslissing van de kinderrechter om een kind uit huis te plaatsen. Hoewel bekend is dat schulden kunnen leiden tot andere problemen, die vervolgens een rol kunnen spelen bij het contact met jeugdbescherming, kan dit onderzoek zulke verbanden niet achterhalen. Dat komt ten eerste door het ontbreken van mogelijkheden om een vergelijkingsgroep (controlegroep) op te nemen. Ten tweede zal het niet mogelijk zijn om uit de dossiers af te leiden of en welke gevolgen de schuldenproblematiek heeft gehad op het ontstaan van andere problemen, en wat hiervan de invloed is geweest op de beslissing van de kinderrechter om het kind uit huis te plaatsen.
  • Er is een externe begeleidingscommissie ingesteld. Die heeft tot taak het onderzoek te begeleiden en de opdrachtgever en de onderzoekers te adviseren over de opzet en uitvoering. De begeleidingscommissie bestaat uit:

    • Professor Mariëlle Bruning (voorzitter): hoogleraar jeugdrecht aan de universiteit Leiden
    • Professor Veroni Eichelsheim: bijzonder hoogleraar Intergenerationele continuïteit van deviant gedrag aan de Rijksuniversiteit Groningen en senior onderzoeker bij het NSCR
    • Professor Peter Mascini: hoogleraar rechtssociologie en universitair hoofddocent Policy, politics and society aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam.
  • Verschillende organisaties zijn bezig met (het opzetten van) onderzoek naar de uithuisplaatsing van kinderen van gedupeerde ouders. Doordat deze onderzoeken zich richten op hetzelfde vraagstuk, vertonen zij gelijkenissen met elkaar. Wel kent elk onderzoek zijn eigen opzet. Alleen het onderzoek van de Rechtspraak richt zich op de dossiers van 400 kinderen. 

  • Een kind kan gedwongen uit huis worden geplaatst wanneer zijn veiligheid in het geding is of er gevaar dreigt voor zijn ontwikkeling, dit gevaar in de thuissituatie niet voldoende kan worden verminderd en ouders niet voldoende meewerken aan noodzakelijke jeugdhulpverlening. De rechter is alleen betrokken om te beoordelen of gedwongen hulpverlening en/of een uithuisplaatsing mag worden ingezet, bijvoorbeeld als ouders door persoonlijke problemen niet voldoende in staat zijn voor hun kind te zorgen. Er kan sprake zijn van moeilijkheden in het gezin zijn op psychisch gebied, gebrekkige opvoedvaardigheden en/of maatschappelijke problemen. Schulden of huisvestingsproblemen kunnen onderdeel van de problemen zijn. Hoe persoonlijke problemen precies zijn ontstaan, weten familie- en jeugdrechters niet altijd. De rechter beschikt alleen over de informatie die in het dossier staat en wat er op de zitting gezegd wordt. De huidige situatie van het kind telt, wat de oorzaak ook is.  

  • De Raad voor de Kinderbescherming of een gecertificeerde instelling is vaak de verzoekende partij, maar ook ouders kunnen verzoeken een kind uit huis te plaatsen. De rechter baseert zijn beslissing op de stukken die door alle betrokkenen zijn ingediend en wat er op de zitting is gezegd. Bij de beslissing weegt de rechter de belangen van alle betrokkenen; de belangen van het kind staan altijd voorop. 

Heeft u een vraag?

Voor meer informatie of hulp, bezoek de contactpagina. Daar vindt u antwoorden op veelgestelde vragen en informatie over hoe u ons kunt bereiken.