In het onderzoek staan aanbevelingen om de beslissing van de
kinderrechter inzichtelijker te maken en de rechtsbescherming van ouders en kinderen te verbeteren. De commissie sluit zich aan bij aanbevelingen uit reflectierapporten van de
Raad voor de Kinderbescherming en de gecertificeerde instellingen, om structureel aandacht te besteden aan het effect van schulden op gezinnen. Dan kan eerder hulp worden ingeschakeld en krijgt de rechter ook betere informatie over de situatie thuis. Daarnaast kan de rechter zelf een actievere
rol vervullen door op zitting gericht met ouders te praten over hun financiële situatie en, als daar aanleiding toe is, te bespreken hoe gemeentelijke hulpverlening kan worden ingeschakeld.
De commissie beveelt verder aan dat kinderrechters alle (spoed-)beslissingen concreet en in heldere taal motiveren, zodat voor iedereen duidelijk is wat de redenen zijn voor de uithuisplaatsing. Ook is het goed om verder te gaan met de invoering van het rapport
Recht doen aan kinderen en ouders, dat volgde uit de eerdere reflectie van de kinderrechters. Daar staat onder meer in dat rechters meer tijd moeten krijgen om de feiten te toetsen, hoor en wederhoor te plegen, naar kinderen te luisteren en beslissingen te motiveren.