Zolang de uitspraak van de rechter in een strafzaak nog niet onherroepelijk is, kan iemand in voorarrest worden gehouden. Het voorarrest kan ook eerder eindigen, bijvoorbeeld omdat verwacht wordt dat de straf die aan de verdachte zal worden opgelegd gelijk is aan het aantal dagen dat de verdachte inmiddels in voorarrest heeft doorgebracht.
Voorarrest kan uit meerdere fasen bestaan:
1. Onderzoek en verhoor
Nadat een verdachte is aangehouden, kan hij op het politiebureau worden vastgehouden om te worden verhoord. De verdachte mag hiervoor maximaal negen uur worden vastgehouden.
2. Inverzekeringstelling
Het kan zijn dat de verdachte langer op het politiebureau moet blijven in belang van het onderzoek. Deze zogenoemde inverzekeringstelling duurt maximaal drie dagen, maar kan met drie dagen worden verlengd.
3. Voorlopige hechtenis
Na de inverzekeringstelling bepaalt de rechter-commissaris of de verdachte in voorarrest mag blijven. Deze rechter kan besluiten een verdachte veertien dagen langer vast te houden. Nu begint de periode die
voorlopige hechtenis wordt genoemd. Mocht de officier van justitie de verdachte nog langer in voorarrest willen houden, dan moet hij naar de raadkamer van de rechtbank.
4. Verlengen
In de raadkamer zitten drie rechters die samen beslissen over het voortduren van het voorarrest. De raadkamer kan een zogenoemd bevel gevangenhouding geven voor maximaal 90 dagen. Meestal wordt door de raadkamer eerst een bevel voor een korte periode gegeven dat daarna een of meer keren kan worden verlengd. Na een periode van 90 dagen moet de zaak voor de eerste keer bij de strafrechter bij de rechtbank komen.
5. Einde voorarrest
De verdachte kan aan de rechter een verzoek doen om de voorlopige hechtenis te beëindigen of te schorsen. Hij kan dan op vrije voeten komen, ook als de zaak nog niet bij de rechtbank is geweest. De uitkomst van zijn strafzaak mag hij dan in vrijheid afwachten. Soms zijn hier voorwaarden aan verbonden. Zo kan de rechter bepalen dat de verdachte een enkelband om moet. In sommige gevallen krijgt de verdachte ook een contactverbod met het slachtoffer. Als de verdachte zich niet aan deze voorwaarden houdt, bestaat de kans dat hij terug in voorarrest geplaatst wordt.