Als een verzoek tot gezamenlijk - of eenhoofdig - gezag is ingediend, krijgt de andere ouder of krijgen andere belanghebbenden de mogelijkheid te reageren op dit verzoek. De rechtbank verstuurt het verzoek tot gezamenlijk of eenhoofdig gezag aan de andere belanghebbenden. Als u het verzoek van de rechtbank heeft ontvangen zijn er 3 mogelijkheden:
- u bent het niet eens met het verzoek (u gaat in verweer)
- u bent het met het verzoek eens en laat dat weten met een referteverklaring (of u vertelt dit tegen de rechter als hij een zitting houdt)
- u reageert niet
Niet eens met verzoek
Bent u het niet eens met het verzoek tot gezamenlijk of eenhoofdig gezag? Dan kunt u reageren op het verzoek (verweren).
Schriftelijk verweer
In een verweerschrift maakt u duidelijk met welke onderdelen van het verzoek u het niet eens bent en waarom. Een advocaat stelt het verweerschrift op en dient het in bij de rechtbank.
Mondeling verweer
Houdt de rechter een zitting, dan kunt u mondeling verweer voeren. Tijdens de zitting stelt de rechter vragen die u kunt beantwoorden. U heeft hier geen advocaat voor nodig.Afzien van verweer met een referteverklaring
Gaat u niet tegen het verzoek in? Dat kunt u dit met een zogenoemde referteverklaring laten weten aan de rechter. U kunt hiermee de procedure versnellen. U verklaart daarmee dat u:
- het verzoek heeft ontvangen,
- dat u geen verweerschrift indient, en
- behandeling op een zitting niet nodig vindt
Voor een referteverklaring heeft u een advocaat nodig. Deze kan voor u de verklaring opstellen en indienen.
Geen reactie
Reageert u helemaal niet en verschijnt u niet op de zitting? Dan behandelt de rechter het verzoek zonder uw inbreng. U krijgt dan na een aantal weken de beslissing van de rechter over het verzoek tot gezamenlijk of eenhoofdig gezag toegestuurd.