Als ontvanger van de dagvaarding bent u de gedaagde. Voor u is een advocaat ook verplicht.
Eens met de dagvaarding
Bent u het eens met de dagvaarding, erkent u de vordering? Neem dan zo snel mogelijk contact op met de eiser. Als u het voor de zittingsdatum samen eens wordt, kan de eiser besluiten de procedure in te trekken. U voorkomt daarmee dat u de proceskosten van de eiser moet betalen als deze gelijk krijgt.
Niet eens met de dagvaarding
Als u het niet eens bent met de dagvaarding, zijn er 2 mogelijkheden: u reageert schriftelijk of u reageert niet.
U reageert schriftelijk
U kunt de rechter via uw advocaat een brief sturen waarin u reageert op de inhoud van de dagvaarding. U geeft hierin ook aan welke bewijzen u heeft voor uw standpunt. Uw brief heet een conclusie van antwoord.
Tegenvordering
Heeft u een eigen vordering op de partij die de rechtszaak is gestart (eiser)? U kunt deze tegenvordering in de conclusie van antwoord opnemen. Uw vordering heet dan een eis in reconventie. De eis in de dagvaarding is de eis in conventie.
Bewijsstukken
Heeft u bewijsstukken die uw verhaal ondersteunen? Uw advocaat dient deze bij de conclusie van antwoord te voegen. Bijvoorbeeld brieven of overeenkomsten. U kunt ook getuigen vragen hun verhaal op te schrijven (schriftelijke getuigenverklaring).
Conclusie van antwoord opsturen
Uw advocaat stuurt de conclusie van antwoord met de bewijsstukken naar de rechtbank. Het moet daar uiterlijk op de dag voor de rolzitting binnen zijn.
Uitstel
In beginsel kunt u geen uitstel krijgen om te reageren, tenzij sprake is van een van de volgende uitzonderingen.
De rechtbank willigt een verzoek om uitstel in als u het voor de eerste keer indient en als het eenstemmig (in overleg met de wederpartij) is. Voor elk volgend eenstemmig verzoek om uitstel geldt dat u en de wederpartij het verzoek bij de rechtbank moeten indienen en motiveren. Ook moet u beiden aangeven waarom de zaak niet naar de parkeerrol kan worden verwezen (voorziening voor zaken waarin tijdelijk niet wordt voort geprocedeerd). De rechtbank willigt het verzoek in als het niet leidt tot een onredelijke vertraging van de procedure.
- Klemmende redenen en overmacht
Een gemotiveerd verzoek om uitstel om klemmende redenen kunt u indienen uiterlijk 4 dagen voor de roldatum waarop de proceshandeling moet worden verricht. De wederpartij kan daarop binnen 2 dagen na indiening van het verzoek reageren. De rechtbank beoordeelt het verzoek zo spoedig mogelijk na deze 2 dagen of na ontvangst van een reactie van de wederpartij, en geeft de beslissing direct aan de partijen door.
Is het voor u of de wederpartij door overmacht niet mogelijk het verzoek om uitstel uiterlijk 4 dagen voor de roldatum waarop de proceshandeling moet worden verricht, dan dient u dit de rechtbank zo spoedig mogelijk te laten weten. De rechtbank beslist direct en hoort de wederpartij als dat direct mogelijk is.
Bekijk voor meer informatie het landelijk
procesreglement
(pdf, 358,3 KB) voor civiele dagvaardingszaken bij de rechtbanken, artikel 2.8. Als u uitstel krijgt, is de termijn voor het indienen van een conclusie of akte 6 weken, zodra er een tussenvonnis is gewezen wordt de termijn verkort naar 4 weken, tenzij de rechtbank anders beslist. Zie ook artikel 2.7 van het procesreglement.
U reageert niet
Reageert u niet op de dagvaarding, dan doet de rechter later toch uitspraak. Deze uitspraak heet een verstekvonnis. De rechter stelt dan meestal de eiser in het gelijk.