Laden...

Politierechter Annelien Palmboom

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksThema's > 100 jaar politierechter > Politierechter Annelien Palmboom

Politierechter Annelien Palmboom

‘Ik denk vaak genoeg: wie ben ik?’, zegt Annelien Palmboom (37), sinds 2019 politierechter bij de rechtbank Oost-Brabant.

Politierechter Annelien Palmboom [foto's: Bas Kijzers]

‘Je neemt in je eentje beslissingen en dat is heerlijk. Het is leuk om het verloop van een zitting te kunnen bepalen en aandacht te kunnen geven aan de zaken die je belangrijk vindt. Dat geeft een zeker gevoel van macht, maar het maakt ook nederig. Ik denk vaak genoeg: wie ben ik? Het is ook zwaar werk, zeker als de officier van de justitie en de verdediging het totaal met elkaar oneens zijn en een fikse straf wordt geëist. Na zo’n dag ben ik kapot. Ik richt de zitting in volgens het geijkte stramien; dat vind ik het prettigst werken. Ik bespreek eerst de feiten en dan pas de persoonlijke omstandigheden. Ik voel me dan vrijer om die persoonlijke omstandigheden zonder de lading van de verdenking te bespreken. Maar als ik zie dat iemand heel gespannen is, dan vraag ik wel eerst even hoe het ermee gaat.’

Ervaring

‘Ik denk dat veel ervaring soms een voordeel is, en soms een nadeel. Het gevaar van ergens lang zitten is dat je alles al eens hebt gezien. Dat kan tegelijk ook helpen natuurlijk. Met een bak kennis kun je als rechter een zaak misschien openbreken, waar mij dat nog niet zo snel lukt. Mijn stijl is vrij los. Ik moet opletten dat het niet te amicaal wordt. Ik zal een verdachte ook niet snel aanspreken met je en jij, juist om die afstand te bewaken. Als jonge rechter moet ik denk ik net iets meer laten zien dat ik het gezag heb. Ik word ook wel vaker aangesproken met je. Daar maak ik meestal geen punt van. Ik grijp alleen in als ik het gevoel krijg dat ik als rechter word geminacht.’

Stijl

‘Het is bij de politierechter vaak gemoedelijker dan bij een meervoudige zitting. Je bent dichter bij elkaar. Bij sommige geweldszaken, denk aan huiselijk geweld, is een zitting weliswaar niet gemoedelijk, maar door de setting is het wel veel gemakkelijker om met elkaar in contact te komen. Dat is goed, juist bij dat soort zaken. Ik heb daarin mijn eigen stijl gevonden en ik geloof dat ik daarin best een goede politierechter ben. Ik ben niet gekke henkie. Ik confronteer de verdachte wél met de feiten – op de manier die bij mij past. Tegelijk moet je volgens mij nooit uitstralen: ik weet wel hoe het zit, daar heb je er weer zo een. Als je op dat punt bent beland, moet je iets anders gaan doen. Je moet open en onbevangen zijn. En natuurlijk, ik ben ook een mens en ik denk óók dingen, maar het komt vaak genoeg voor dat mensen je verrassen. Je denkt dit, en dan gebeurt dat. Daar moet je voor openstaan.’



Werkstrafje

‘Het taakstrafverbod* is erg frustrerend. Mensen denken te gemakkelijk over een taakstraf. Een werkstrafje, zeggen ze dan. Alternatieve straffen kunnen juist heel veel betekenen. Uit onderzoeken blijkt dat korte gevangenisstraffen vaak contraproductief zijn. Je kunt je afvragen hoe passend ze zijn bij feiten die meer dan 1 jaar oud zijn. Ik ben blij met het systeem van taakstraffen. Het werkt goed tegen herhaling, het kan mensen weer in een werkzaam leven brengen en het is een straf zonder een leven helemaal te ontwrichten. Mensen onderschatten ook hoe zwaar een taakstraf is. Iemand krijgt bijvoorbeeld een taakstraf van 80 uur. Dat is niet 2 weken werken en dan klaar, bijvoorbeeld omdat mensen niet zomaar 2 weken aan 1 stuk kunnen werken. Of omdat de reclassering iemand maar 3 uur per dag ergens kan plaatsen. Een taakstraf is daarom vaak veel langer een inperking van iemands leven dan een korte gevangenisstraf. En het is ook nog eens nuttig voor de samenleving.’

* Op grond van artikel 22b van het Wetboek van Strafrecht mag een rechter geen taakstraf opleggen voor bepaalde misdrijven en bij herhaling van een soortgelijk misdrijf.

 

 Politierechters over hun vak

Je kunt eindeloos blijven piekeren, maar het is onze taak om knopen door te hakken.

 

Ik behandel een zaak met een warm hart en een scherp verstand.

 

Ik heb duizenden verdachten gezien, en ze waren allemaal anders.

 

Je moet volgens mij nooit uitstralen: ik weet wel hoe het zit, daar heb je er weer zo een.

 

Je hebt overal haviken en duiven, ook bij ons.

 

Met de meeste verdachten kun je prima in gesprek.

 

Je moet als politierechter een grap durven maken.

 


Heeft u een vraag?

Voor meer informatie of hulp, bezoek de contactpagina. Daar vindt u antwoorden op veelgestelde vragen en informatie over hoe u ons kunt bereiken.