De rechter behandelt uw beroepszaak over het algemeen op een zitting.
Behandeling zonder zitting
Dat is anders als:
- de rechter van mening is dat de documenten zo duidelijk zijn dat de mondelinge behandeling op een zitting geen toegevoegde waarde heeft én alle partijen aangeven dat ze geen zitting willen. De rechter doet na de toestemming van partijen zonder zitting uitspraak. Als u het niet eens bent met de beslissing van de rechter, kunt u in hoger beroep gaan (lees hieronder verder bij stap 6).
- de rechter kiest voor een vereenvoudigde behandeling. Bijvoorbeeld omdat:
- de bestuursrechter niet de juiste rechter is om een zaak te behandelen (de bestuursrechter is ‘kennelijk onbevoegd’)
- de documenten zo overduidelijk zijn, dat verdere mondelinge behandeling niet nodig is (dit heet kennelijk gegrond of ongegrond)
- het beroepschrift te laat is ingediend (het beroepschrift is ‘kennelijk niet-ontvankelijk’)
Bent u het niet eens met de beslissing van de rechter nadat uw zaak vereenvoudigd is behandeld? Dan kunt u tegen deze uitspraak in verzet. (lees hieronder verder bij stap 6).
Behandeling met zitting
Alle partijen ontvangen een uitnodiging voor de zitting. Hierin staat wanneer (datum) en waar (locatie) de mondelinge behandeling plaatsvindt.
Aanwezigen zitting
U bent niet verplicht om naar de zitting te komen, tenzij u opgeroepen bent. Komt u wel, dan krijgt u de gelegenheid om een mondelinge toelichting te geven. Ook kunt u vragen van de rechter beantwoorden. Hetzelfde geldt voor de overheidsorganisatie en eventuele belanghebbenden.
Openbaar
De zitting van een beroepsprocedure is in principe openbaar. Dit betekent dat iedereen de zitting mag bijwonen. De rechter kan in bepaalde situaties beslissen dat de zitting (deels) zal plaatsvinden met gesloten deuren.
Getuigen en deskundigen
Als u een
getuige of deskundige wilt oproepen of meebrengen, dan moet u dat uiterlijk 10 dagen voor de zitting schriftelijk laten weten aan de rechter en de overheidsorganisatie. De rechter is niet verplicht om de door u meegebrachte getuige(n) of deskundige(n) te horen.
De mondelinge behandeling
De rechter leidt de mondelinge behandeling. Hij stelt vragen en bespreekt de punten waarover de partijen het niet eens zijn. Het kan zijn dat partijen alsnog samen tot een oplossing kunnen komen. Dit is alleen mogelijk als:
- beide partijen hiervoor open staan
- de overheidsorganisatie hier vanuit zijn taken de vrijheid voor heeft/krijgt. Een gemeente kan bijvoorbeeld wel ruimte hebben om samen te kijken naar een oplossing. Maar een inspectiedienst die controleert op veiligheid niet.
De mogelijkheid bestaat dat beide partijen er alsnog op de zitting samen uitkomen. De schikking is een bindende afspraak. Dit betekent dat de partijen de afspraken moeten nakomen.
Hierbij proberen partijen buiten de rechtspraak om, met hulp van een externe bemiddelaar, er samen uit te komen.
Een gerechtelijke procedure richt zich op de juridische aspecten van een conflict. Met mediation naast rechtspraak zoekt u samen met de andere partij(en) naar een oplossing voor alle aspecten van het conflict. Daarom kijkt de rechter of uw zaak zich leent voor mediation. U kunt ook zelf aangeven dat u mediation wilt.
Uitspraak van de rechter
Lukt het niet om tot een oplossing te komen? Of is dit niet mogelijk? Dan kunnen de partijen hun standpunten verder toelichten en vragen van de rechter beantwoorden.
Tussenuitspraak
De rechter kan een tussenuitspraak doen wanneer een gebrek wordt ontdekt. Bijvoorbeeld dat het besluit onzorgvuldig tot stand is gekomen. De overheidsorganisatie krijgt dan de gelegenheid dit gebrek binnen een bepaalde termijn te herstellen. Vervolgens beoordeelt de rechter of de aanwijzingen van de tussenuitspraak zijn gevolgd en doet een uitspraak.